De straatcollectes sloegen nauwelijks aan bij het publiek. Voor een collectant werd vaak de neus opgehaald, maar de verkoper van loten van de grote Winterhulp-straatloterij kon wel op de nodige klandizie rekenen. Hier won de goklust het van het principe. De gehele bezetting door bleven de loterijen populair en verschaften de Winterhulp aanzienlijke inkomsten. In het boekjaar 1942/1943 werden zes miljoen loten verkocht, een jaar later zelfs tien miljoen. Op 15 mei 1941 trokken de lotenverkopers voor het eerst de straat op, zie de foto hieronder.
De prijs van een lot was met opzet laag gehouden (50 cent),om iedereen in staat te stellen één of meerdere loten te kunnen kopen. Kopers van een lot vernamen bij het openen van de enveloppe of ze een prijs hadden gewonnen, zie de afbeelding hieronder.
Ook de leider van de N.S.B. waagde wel eens een gokje met deze winterhulp loten, zoals u hieronder kunt zien.
Bedragen van fl. 10,- of minder werden direct uitbetaald. Voorts weren trekkingen georganiseerd op pleinen in grote plaatsen. In december 1941 vond voor de eerste keer een extra premietrekking plaats in het LOTISICO gebouw te Den Haag. De hoofdpremie van fl. 5.000,- viel op serie C.148364, zie de foto hieronder.
Na afloop maakte de propagandaleider van de Winterhulp bekend dat in Amsterdam en Den Haag de meeste loten waren verkocht met Arnhem als goede derde.
Hieronder ziet u nog een aantal affiches van deze gehouden loterijen.
Bron: Documentaire Nederland en de tweede wereldoorlog (uitgeverij Waanders 1990)